Skip to content

Waarom Oudkerks ‘no Jews, no news’ onzin is

In zijn opiniestuk pleegt Rob Oudkerk karaktermoord op de media en Palestina-supporters (Volkskrant, 23/05/2025). Hij beticht hen van antisemitisme omdat zij Palestijnen meer aandacht geven dan andere slachtoffers. Volgens Oudkerk heeft deze selectieve aandacht geleid tot de moord op twee Israëlische diplomaten in Amerika en dreigt hierdoor zelfs geweld in Nederland. Zijn argument berust op een verkeerd begrip van racisme, hypocrisie en discriminatie.

Antisemitisme is racisme. Racisme betekent dat iemand wordt voorgetrokken of benadeeld op basis van veronderstelde biologische kenmerken. De essentie ervan ligt in het ontnemen of schenden van rechten. Wie antisemitisme roept moet dus aantonen dat joden werkelijk iets verliezen waar zij recht op hebben.

Niet elke dubbele standaard leidt tot schade of verlies. Neem het voorbeeld van Giacomo Casanova, de bekende Italiaanse avonturier en rokkenjager. Stel dat Casanova elke maandag Liefje A ontmoet en elke dinsdag Liefje B. Hij koopt dagelijks een roos bij dezelfde bloemist, die toevallig op maandag rode en op dinsdag groene rozen verkoopt. Omdat zowel Casanova als zijn geliefden kleurenblind zijn, ervaren zij geen verschil. Is Casanova discriminerend? Uiteraard niet, want niemand verliest iets waar hij recht op heeft.

Dit onderscheid is cruciaal om te begrijpen waarom Oudkerks argument niet klopt. Hij stelt dat het verkeerd is dat de media en Palestina-supporters meer aandacht geven aan Palestijnen dan aan andere slachtoffers, zoals Oeigoeren of Rohingya. Maar benadeelt die selectieve aandacht joden werkelijk? Hebben joden het recht dat de media en Palestina-supporters evenveel aandacht geven aan alle andere slachtoffers? Nee. Hebben joden het recht dat de wereld over de Palestijnse rechten zwijgt? Nee.

Om de fout in Oudkerks whataboutisme duidelijk te maken, gebruik ik twee gedachte-experimenten rondom de Belgische crimineel Marc Dutroux, die in de jaren negentig jonge meisjes in zijn kelder ontvoerde, misbruikte en vermoordde.

Gedachte-experiment 1:
Stel je voor dat tijdens de commotie rond Marc Dutroux, blijkt dat zijn buurman hetzelfde doet. Op een dag maken de meisjes een website met de titel ‘What about ons?’ waarop ze aankaarten dat België enkel gefocust is op Dutroux, terwijl niemand hen komt bevrijden. Ze eisen gelijke bescherming.

Gedachte-experiment 2:
Stel je voor dat Dutroux tijdens zijn rechtszaak tegen de rechter zegt: ‘Meneer de rechter, wat denkt u van mijn buurman? Hij ontvoert, sluit op, verkracht en vermoordt eveneens jonge meisjes en toch wordt hij niet door justitie vervolgd. Dit is discriminatie. Ik eis dat de staat mij vrijlaat en de meisjes weer in mijn kelder plaatst.’

Het argument van de meisjes in gedachte-experiment 1 is correct: de maatschappij moet ook voor hen opkomen. Dit betekent dat whataboutismes correct zijn als ze de wereld verbeteren, als ze vragen om een goed precedent te herhalen, wanneer men meer rechten beschermt. Daarentegen is het argument van Dutroux onjuist. De maatschappij heeft niet de plicht om de rechten van zijn slachtoffers te schenden, alleen maar om hem op dezelfde manier te behandelen als een crimineel die is voorgetrokken. De werkelijke slachtoffers van discriminatie zijn de meisjes in de kelder van de buurman, niet Dutroux. Het is de buurman die wordt voorgetrokken, niet de slachtoffers van Dutroux.

Onze concepten van hypocrisie, discriminatie en dubbele standaard berusten op het gevangenendilemma, bekend uit de speltheorie. Als iedereen wetten en morele regels respecteert gaat iedereen vooruit. Daarom zijn moord, diefstal en andere misdaden verboden. Toch is het verleidelijk vals te spelen om individueel voordeel te behalen ten koste van anderen. Wie iemand van hypocrisie beschuldigt, bedoelt dat de hypocriet onverdiende voordelen voor zichzelf bemachtigt en nadelen voor anderen veroorzaakt door de regels te schenden, terwijl hij van anderen eist dat zij de regels respecteren.

In 2024 oordeelde het Internationaal Gerechtshof dat Israël verplicht is om de illegale bezetting te beëindigen. Israël schendt structureel mensenrechten en internationaal recht. Wie zich inzet voor Palestijnen, handelt daarom correct en beslist niet antisemitisch. Joden verliezen immers niets door steun aan Palestijnen. Palestijnen worden niet voorgetrokken en de slachtoffers van discriminatie zijn de Oeigoeren, niet Israël. De Israël-supporters redeneren op dezelfde manier als Dutroux. Zij willen niet dat men meer aandacht geeft aan de Oeigoeren, maar juist dat men ook bij de Palestijnen de andere kant opkijkt, zodat Israël haar territorium kan vergroten en meer Palestijnen kan verdrijven.

 


Geredigeerd door Pascale Esveld
Published inSofist Factory

One Comment

Leave a Reply