In zijn boek schrijft Martin Bosma het volgende:
“Geert was ook een van de eersten in de politiek die het gevaar van het islamitisch terrorisme inzagen. Hij had naam gemaakt door te zeggen dat hij de ‘hoofddoekjes rauw lust’. Geweldig. En ook nog eens een pro-Israël-hardliner – wat wil een mens nog meer. Belezen, bereisd en iemand die zijn hand niet omdraait voor een soeraatje meer of minder. Het had hem overal vijanden opgeleverd. En had Churchill niet gezegd: ‘You have enemies? Good. That means you’ve stood up for something, sometime in your life.’”[1]
We hebben hier met de drogreden bevestiging van de consequens te maken. Deze drogreden is in de volgende vorm:
Als X dan Y
Y
Dus X
Bijvoorbeeld:
Premisse 1: Als Pietje mijn portemonnee heeft gestolen dan bevindt die zich niet in mijn tas.
Premisse 2: De portemonnee is niet in mijn tas.
Conclusie: Dus Pietje heeft mijn portemonnee gestolen.
Bosma’s argument is als volgt:
Premisse 1: Als je voor een goede zaak vecht, krijg je vijanden.
Premisse 2: Wilders heeft overal vijanden gekregen.
Conclusie: Dus Wilders vecht voor een goede zaak.
Niet alleen mensen die voor een goede zaak vechten krijgen vijanden. Ook de slechterikken krijgen meestal vijanden. Hitler, Stalin, Mussolini, Ceausescu, Mubarak, Gaddafi, Saddam Hussein, Mugabe en heel veel anderen hebben vijanden (gehad). Dus slechts uit het feit dat iemand vijanden heeft, kan je niet concluderen dat iemand voor een goede zaak vecht.
Het feit dat de drogreden oorspronkelijk door een bekende politicus is geproduceerd, verandert niks aan het feit dat het een drogreden is. Een citaat van Churchill is niet bij voorbaat iets dat we blindelings moeten volgen of voor grote wijsheid slikken. Hij heeft meer onzin en stomme dingen verteld en hier komen een paar voorbeelden:
“I am strongly in favour of using poisoned gas against uncivilised tribes. The moral effect should be so good that the loss of life should be reduced to a minimum. It is not necessary to use only the most deadly gasses: gasses can be used which cause great inconvenience and would spread a lively terror and yet would leave no serious permanent effects on most of those affected”
Churchill wilde ook gas gebruiken “against recalcitrant Arabs as experiment.” Misschien moeten we Bosma niet te veel Churchill laten lezen.
Soms was Churchill heel eerlijk:
“We are not young people with innocent record and a scanty inheritance. We have engrossed to ourselves [an] altogether disproportionate share of wealth and traffic of the world. We have got all we want in territory and our claim to be left in the unmolested enjoyment of vast and splendid possessions, mainly acquired by violence, largely maintained by force, often seem less reasonable to others then to us.”
Maar andere keren niet:
“The government of the world must be entrusted to satisfied nations, who wished nothing more for themselves than what they had. If the world-government were in the hands of hungry nations there would always be danger. But none of us had any reason to seek for anything more…. Our power placed us above the rest. We were like the rich men dwelling at peace within their habitations.”
“the fortunes of the British Empire and its glory are inseparably interwoven with te fortunes of the world”
[1] M. Bosma, De schijn-élite van de valsemunters : Drees, extreem rechts, de sixties, nuttige idioten, Groep Wilders en ik. Amsterdam: Bakker, 2010, p.12.
Je maakt het een liefhebber wel moeilijk om binnen te komen. 😉
Ik word overspoeld met spam en en fake gebruikers. Ken je een betere captchea-plug-in?
Ik gebruik Sabre, dat filtert al de fake gebruikers uit en Really Simple CAPTCHA.
Voor OBA werkt dat goed.
Kennelijk is niet bekend dat Churchill in 1918 gifgas liet gebruiken in Damascus.
Of Churchill ooit voor een goede zaak vocht is uiteraard omstreden, vanwege het Gallipoli debakel moest hij de politiek uit.
Toen hij opnieuw vocht kostte dat 50 miloen doden, en was dat het einde van het Britse wereldrijk.
John Charmley, ‘Churchill, The end of glory, A political biography’, London 1993
Aan het ontmaskeren van meneertje Bosma help ik graag een handje mee, maar deze keer moet ik je analyse bestrijden. De eerste premisse, ontleend aan Churchill, moet niet zijn:
(1*) “Als je voor een goede zaak vecht, krijg je vijanden”
maar
(1) “Als je vijanden hebt, heb je voor een goede zaak gevochten”.
En daarmee argumenteert Bosma dus volstrekt logisch (modus ponens). Maar natuurlijk wel gebaseerd op een idiote premisse, zoals je verderop in je analyse toont.
Het is nogal evident dat (1) de juiste parafrase is van Churchills uitspraak:
“You have enemies? Good. That means you’ve stood up for something, sometime in your life.”
Het hebben van vijanden impliceert dat iemand ooit voor een (goede) zaak is opgekomen. Tenminste, volgens Churchill dan, die zich op dit punt deerlijk vergiste.
Bosma leent dus niet zozeer een drogreden van Churchill als wel een onzinnige premisse.
Tot slot grijp ik even terug op het welbekende voorbeeld van kenteken-argumentatie:
(4) Alle Friezen zijn koppig.
(5) Tjibbe is een Fries.
(6) Dus Tjibbe is koppig.
Ook hier is de redenering op zichzelf 100% logisch geldig. En schuilt het gebrek aan deugdelijkheid in de inhoud van de eerste premisse. Het type argumentatie heet bij Van Eemeren c.s. een kenteken-argumentatie: het is een kenmerk van Friezen dat ze koppig zijn (en niét van koppige mensen dat ze Fries zijn). Zodra iemand de eigenschap ‘Fries’ heeft, weten we dat hij ook de eigenschap ‘koppig’ heeft.
Zo wendt Churchill voor dat we weten dat iemand voor een goede zaak is opgekomen, zodra we vernemen dat hij vijanden heeft. Het is een kenmerk van vijandbezitters dat ze (ooit) voor de goede zaak opkwamen. Dus leve Wilders, aldus Bosma, die zich hier geen drogredenaar toont maar een onzindebiteur.
@Hannes
Herinner je de ethiek van argumentatie? Je moet een argument in de sterkste vorm weergeven.
Vorm 1: “Als je vijanden hebt, heb je voor een goede zaak gevochten”.
Vorm 2: “Als je voor een goede zaak heb gevochten, heb je vijanden.”
Vorm 2 is een sterkere interpretatie dan vorm 1.
Ik vraag mij werkelijk af waar je in het stuk van Bosma leest dat het hebben van vijanden wijst op strijden voor een goede zaak. Volgens mij zegt Churchill dat als je vijanden hebt dat je dan eens ergens je nek voor hebt uitgestoken. Ik lees nergens iets van een waardeoordeel.
Bosma is een bewonderaar van Wilders. Geen wonder dat hij positief oordeelt over de mens en zijn daden. Het is zijn visie op Wilders, dus subjectief. Ter illustratie citeert hij een uitspraak van Churchill om de moed van Wilders te benadrukken. Of Bosma onzin debiteert is afhankelijk van hoe je over Wilders denkt.
Wilders bestrijdt de Islam. De Islam is een religie, dus een ideologie met een almachtig wezen als legitimatie om die ideologie dwingend aan iedereen op te leggen. Dat is exact wat fundamentalistische moslims proberen. Daartegen strijden is niet anders dan strijden tegen de ideologie van het communisme of van het fascisme. Het probleem bij Wilders is hooguit de manier waar op hij dat doet.
Eenzelfde merkwaardige redenering zien we in je stuk over Boekestijn nummer 007. Boekestijn gebruikt een citaat toegeschreven aan Spinoza in het Latijn. Niet vreemd want Spinoza publiceerde in het Latijn. Je suggereert dat Boekestijn dat doet om vertrouwen te wekken en deskundig en interessant te lijken. Hoe weet je dat? Kun je in het hoofd van Boekestijn kijken?
Boekestijn heeft Geschiedenis en Politicologie gestudeerd aan de VU en is dus geen nitwit. De woorden die hij gebruikt, al dan niet overgenomen uit de brief van Klever, passen in zijn betoog, dus wat is het probleem?
Je conclusies ten aanzien van de gebreken van zijn stuk zijn allemaal gebaseerd op veronderstellingen en veralgemeniseringen die niet gestaafd worden door feiten.
In Wilders nummer 001 kwam ik ook weer zo iets eigenaardigs tegen. “Als een moslim gelijk heeft moet dat desnoods aan Wilders opgelegd worden.” Desnoods met geweld! Toe maar.
Waarom uitdrukkelijk als een “moslim” gelijk heeft? Als een moslim als moslim spreekt dan is wat hij zegt gebaseerd op de Sharia of de Koran of iets van die aard uit de Islam. Dat zijn dogma’s, bedacht door mensen, als onderdeel van een ideologie. Dat hoeft dus niemand voor waar aan te nemen want in Nederland is er vrijheid van overtuiging en kan dus nooit de visie van een moslim dwingend opgelegd worden. Als het niet over de Islam gaat is de moslim geen moslim maar gewoon een medeburger die bijvoorbeeld vindt dat jouw hond niet tegen zijn gevel mag pissen. Dan geldt niet de Sharia maar het Burgerlijk Wetboek.
Kortom, het moslim zijn is niet relevant, dus waarom benoem je hem dan zo? Demagogie?
Mag ik ook eend rogredenaar zijn/ Toe nou, laat mij ook een drogredenaar zijn….
@Mihai: Dat ben ik niet met je eens. “Een argument in de sterkste vorm weergeven” (of liever: opvatten) komt neer op een “strategie van de maximaal redelijke interpretatie”. Maar het is helemaal niet redelijk om:
(1) Als het regent, worden de straten nat.
op te vatten als
(2) Als de straten nat worden, regent het.
Ook is (2) helemaal geen sterkere variant van (1). Het gaat in beide gevallen om twee onderscheiden fenomenen, waartussen een causale relatie wordt gelegd; de richting van die causaliteit is in (1) tegengesteld aan die in (2).
In de propositielogica is:
(3) Als a, dan b.
gelijkwaardig aan:
(4) Als niet-b, dan niet-a.
maar niet aan:
(5) Als b, dan a.
Toegepast op de huidige kwestie: Churchill beweert wel dat:
(6) Als je vijanden hebt, heb je voor de goede zaak gevochten.
en daarmee dus ook:
(7) Als je niet voor de goede zaak hebt gevochten, heb je geen vijanden.
maar niet:
(8) Als je voor de goede zaak hebt gevochten, heb je vijanden.
Dat laatste klinkt misschien raar, maar is toch echt waar. Het kan – ook bij Churchill – best zijn dat iemand voor de goede zaak vocht, maar geen vijanden maakte. ‘Lucky guy’, zou Churchill misschien gedacht hebben, maar het haalt zijn redenering niet onderuit. Churchill ging – althans op papier – uit van een theorie over vijandhebbers, namelijk dat die ontegenzeggelijk voor de goede zaak zouden hebben gevochten. Maar hij zei niets in generale zin over mensen die voor de goede zaak hebben gevochten.
Kortom: het is niet zo dat (8) een ‘sterke versie’ is van (6). De ethiek van de argumenatie (of de strategie van de maximaal redelijke interpretatie) vergt dat ook niet.
Mijn conclusie blijft daarom dat Bosma in het kielzog van Churchill een bepaalde premisse gebruikt, en daarop een logisch geldige redenering ent. Dat die premisse inhoudelijk nergens op slaat, is vers twee. Iedere halve zool, dus ook Bosma, staat het vrij om onzinpremisses te gebruiken. Wij, zijn kritische publiek, zijn er voor om die onzinnige premisses op te sporen. Maar dat maakt Bosma’s misstap nog niet tot een formele drogreden (bevestiging consequens).
Ik zou eerder zeggen dat Churchill zegt:
Aha, de straten zijn nat. Dus het heeft geregend.
Trouwens, net een leuk artikeltje gelezen: http://www.nytimes.com/2011/06/15/arts/people-argue-just-to-win-scholars-assert.html?tntemail1=y&_r=4&emc=tnt&pagewanted=all