Skip to content

Month: August 2011

Drogredenaar Geert Wilders (001)

In een debat in de Tweede Kamer heeft Wilders het volgende gezegd:

“Wilders: Wij hebben gezegd dat een moslim taqqiya kan plegen. Wij hebben daarbij gezegd dat het zeker niet zo is dat iedere moslim taqqiya pleegt. … Wij hebben gezegd: het kan. Zodra een moslim taqqiya pleegt — dat is inderdaad soms zelfs een gebod in de islam — betekent dit dat hij redenen kan hebben om niet de waarheid te vertellen. Een moslim die vindt dat homoseksualiteit niet deugt, zegt dat niet als hij daarnaar gevraagd wordt, omdat hij bang is dat hij vervolgd wordt of omdat het maatschappelijk onacceptabel is, terwijl hij dit misschien wel vindt. Het is gesimplificeerd, maar dit is taqqiya. Een moslim kan dit doen, maar dat wil niet zeggen dat een moslim dit ook doet.

Femke Halsema: En wanneer weet u dat?

Wilders: Het grote probleem is dat je dat nooit weet.”[1]

Over dit debat wil ik een paar blogs schrijven en de drogredenen van Wilders bloot leggen. Hey jij, lezer, niet zeiken dat ik de drogredenen van Halsema over het hoofd zie.

Drogredenaar Arend Jan Boekestijn (007)

Als een historicus een citaat in het Latijn produceert – de taal van die leuke antieke oneliners – boezemt dat bij mij ontzag in. Ik ben immers niet zo intelligent om die taal te kennen. Hetzelfde gebeurde toen ik Boekestijn’s twitter las: “Ius potentia definitur schreef Spinoza. Recht wordt door macht bepaald.” Kijk, dacht ik, hier komt een groot man; hij schrijft een column of twittert en op het moment dat hij iets wil vertellen, herinnert hij zich dat hij Spinoza had gelezen en essentiële citaten in zijn privékaartenbak heeft bewaard. Hij trekt de juiste kaart op het juiste moment uit. Of hij kent Spinoza uit zijn hoofd.

Drogredenaar Arend Jan Boekestijn (006)

“Toch is internationaal recht onvolkomen. Zo is zowel de universaliteit als de afdwingbaarheid problematisch. Mensenrechten worden in China heel anders beoordeeld dan bij ons. De universaliteit is dus een serieus probleem.”

Boekestijn gebruikt de stellingen hierboven ter ondersteuning van zijn houding dat Israël niet verplicht zou zijn om Internationaal Recht (IR) te respecteren. Dat hebben we in zijn nieuwste column “Recht is macht” gelezen. Vandaag zal ik suggereren dat het universaliteitsprobleem Israël geen vrijheid geeft om IR te schenden.

Het is absoluut waar dat in de wereld verschillende opinies bestaan over de regels van IR. Nou en?

Drogredenaar Arend Jan Boekestijn (005)

Spinoza wees er al op dat recht uiteindelijk berust op macht. Internationale spelregels worden in hoge mate bepaald door de machtigste landen, die immers bij het opgeven van het recht van de sterkste veel te verliezen hebben. Net zoals nationaal recht een product is van nationale machtsverhoudingen, is internationaal recht een resultante van internationale machtsrelaties.”

Boekestijn gebruikt de stellingen hierboven ter ondersteuning van zijn houding dat Israël niet verplicht zou zijn om Internationaal Recht te respecteren. Dat hebben we in zijn nieuwste column “Recht is macht” gelezen. De stelling is niet nadrukkelijk aanwezig in zijn column, maar zij volgt daar noodzakelijk uit. Van Agt zegt dat Israël Internationaal Recht moet respecteren en Boekestijn valt zijn argument aan, dus volgt daaruit dat Boekestijn het oneens is dat Israël Internationaal Recht moet respecteren.

Drogredenaar Arend Jan Boekestijn (004)

In zijn nieuwste column “Recht is macht” confronteert Boekestijn ons met een aantal nieuwe drogredenen. Het begint op Microsoft te lijken: een nieuwe versie is een vervanging van de oude bugs met nieuwe. Het is de bedoeling om een paar blogs daarover te schrijven en deze denkbugs te debunken.

De column is een tegenreactie op Van Agt, nadat Van Agt op de eerste column van Boekestijn (“Ontaarde regimes”) had gereageerd.

In mijn allereerste blog vertelde ik over een onschuldige ambiguïteitsdrogreden, zonder grote gevolgen voor de rest van het argument. “Recht is macht” bevat echter een grote ambiguïteitsdrogreden, die het onmogelijk maakt om het argument verder te analyseren zonder het risico te lopen om een stroman aan te vallen.

Gratis foute quotes van Ben Goerion

Likoed Nederland is opgefokt dat de Nederlandse regering subsidie zou hebben gegeven aan George Sluizer voor zijn ‘foute’ documentaire “Homeland”. Maar liefst 100.000 euro. Foei, foei, foei! In deze documentaire zou men foute citaten gebruiken, die allang als fout ontmaskerd zouden zijn. Bijvoorbeeld van Ben Goerion: “Ik ben bereid om zo veel Palestijnen te vermoorden als nodig is.” Wat een drama.

Als die citaten zoveel geld waard zijn, dacht ik, laat ik even mijn foute citaten over Ben Goerion opzoeken. Ik verdien tenminste een subsidie van 10 miljoen.

Ontmasker dit:

Drogredenaar Arend Jan Boekestijn (003)

“En waarom erkent Van Agt niet dat de muur tussen Israël en de Palestijnse gebieden Israëlische levens redt?”, vraagt Boekestijn retorisch in de columnOntaarde regimes”. Deze simpele vraag komt in aanmerking voor drie drogredenen: de post hoc, de red herring en de stroman.

Post hoc ergo propter hoc
Een debater maakt deze denkfout door te veronderstellen dat een gebeurtenis A, die eerder plaatsvindt dan gebeurtenis B, ook de oorzaak van B is. Het staat inderdaad vast dat na het bouwen van de Israëlische barrière, het aantal aanslagen drastisch is afgenomen. Het is maar de vraag of de barrière de oorzaak is van deze daling.

Drogredenaar Arend Jan Boekestijn (002)

In het eerste stuk over de columnOntaarde regimes” heb ik gesuggereerd dat Boekestijn zijn stuk met een cirkelredenering begint. Meteen daarna krijgen we drie andere twijfelachtige zinnen:

“Hoe komt het dat zo’n groot man zulke eenzijdige standpunten over Israël inneemt? [1] Op zijn website verdedigt hij bijvoorbeeld de stelling dat Israël geen democratie meer is. [2] Over het Syrische tekort aan democratie lezen wij niets. [3] Waarom is Van Agt niet in staat om de ware aard van een regime te doorgronden?”

Vandaag wil ik zin 1 en 2 behandelen.

Drogredenaar Arend Jan Boekestijn (001)

Arend Jan Boekestijn schreef een column in Elsevier, met de titel “Ontaarde regimes”, met een overmatig aantal drogredenen. Ik wil in een aantal blogs het argument in zijn column ontrafelen en deze drogredenen aan het licht brengen.

De hoofdstelling (de conclusie) van Boekestijn is dat “zolang Hamas en Assad niet veranderen, zal het vredesproces [in het Midden-Oosten] mislukken.” De column beperkt zich echter niet tot het onderbouwen van deze stelling, maar spendeert een overmatige hoeveelheid tijd aan de fouten van Dries van Agt. Vooral deze zijstap produceert de meeste drogredenen.

Ik zal je vermoorden, maar ik heb goede argumenten

Waar gebeurd verhaal
Het was een schitterende ochtend in september. De zuivere, scherpe lucht wekte je longen, de zilvergouden zonnestralen beloofden je lichaam voor de rest van de dag met levensenergie te vullen. Geen enkele bries bewoog de weinige, nog aan de takken hangende goudbruine bladeren.

Dokter Goldenberg veegde de gevallen bladeren op de oprijlaan, bij elkaar en maakte een hoop voor verbranding, later op de dag. Het geknerp van zijn voetstappen door de bladeren leek de vogels, die misleid waren door het mooie zomerse weer, niet te storen in hun gezang.

Uit de verte hoorde dr. G. eerst de hoeven van een paard op de harde ondergrond: klok, klok, klok, klok. Langzamerhand werd dit geluid door de onmiskenbare klank van kinderstemmetjes vergezeld,  kinderen die met elkaar ontzettend veel lol hebben. De kar reed langs en zijn twee dochters riepen dr. Goldenberg: “Papa, papa kijk eens!”

En toen schopte Cronenberg Nozick in de kloten

Stel je voor, zei Robert Nozick, dat je een ervaringsmachine zou hebben, die al je begeerten, in een virtuele wereld, tot “werkelijkheid” zou kunnen omtoveren.1 Zou je dan je huidige leven voor een leven in deze machine omruilen? Nozick geeft ons drie tegenargumenten2 en concludeert dat DE MEESTE MENSEN niet voor de machine zouden kiezen. Hij viel hiermee de utilitaristen en de hedonisten aan, die van mening zijn dat we het plezier zoeken in alles wat we doen. David Cronenberg, in zijn film eXistenZ, herinnert Nozick een aantal dingen:

  1. plezier is verslavend.
  2. DE MEESTE MENSEN zijn geen Nozick
  3. een ervaringsmachine zou ons bewustzijn radicaal veranderen.